Hoger onderwijs
Hoger onderwijs in Nederland
Er zijn 2 soorten hoger onderwijs in Nederland:
- hoger beroepsonderwijs (hbo); en
- wetenschappelijk onderwijs (wo).
Er zijn aparte soorten hogeronderwijsinstellingen voor hbo en wo.
Hoger beroepsonderwijs (hbo)
Hogescholen verzorgen hoger beroepsonderwijs (hbo). Hbo is meer op de praktijk gericht dan het wo. Het hbo heeft 7 sectoren:
- economie
- gezondheidszorg
- landbouw
- pedagogisch onderwijs
- sociaal-agogisch onderwijs
- kunst
- techniek
Binnen deze sectoren zijn er verschillende opleidingen die studenten kunnen volgen aan hogescholen verspreid door heel Nederland. Sommige hogescholen bieden opleidingen van verschillende sectoren aan, andere hebben zich gespecialiseerd in 1 sector.
Wetenschappelijk onderwijs (wo)
Universiteiten bieden wetenschappelijk onderwijs (wo) aan. Dit onderwijs heeft als doel om studenten op te leiden als wetenschappers of voor een beroep waarbij ze wetenschappelijke kennis kunnen toepassen (bijvoorbeeld als tandarts of apotheker). De nadruk ligt op wetenschappelijk denken en het oplossen van wetenschappelijke vraagstukken.
Numerus fixus
Voor sommige opleidingen in het wetenschappelijk onderwijs en het hoger beroepsonderwijs is er een numerus fixus. Dat betekent dat de onderwijsinstelling niet meer dan een maximum aantal studenten mag toelaten tot die opleiding. Als er meer aanmeldingen zijn voor de opleiding, dan mag de universiteit of hogeschool studenten selecteren. Bij de selectie kijken onderwijsinstellingen naar:
- het gemiddelde eindexamencijfer;
- de motivatie;
- de persoonlijkheid; en
- eerdere schoolprestaties van de student.
Associate Degree
Studenten kunnen in het hbo associate degree-opleidingen volgen. Deze opleidingen zijn vaak praktischer dan hbo-bacheloropleidingen. Studenten worden meestal opgeleid voor een beroep waar vraag naar is. Hogescholen werken bijvoorbeeld samen met bedrijven of organisaties in de regio.
- : 2 jaar.
- : 120 ECTS.
- Inhoud: theorie is gekoppeld aan de praktijk; studenten leren problemen in kaart te brengen en op te lossen tijdens praktijkopdrachten/stages bij bedrijven, gemeentes of organisaties.
- Toelatingseisen:
- een havodiploma;
- een vwo-diploma; of
- een mbo-diploma niveau 4.
Soms zijn er extra eisen, bijvoorbeeld qua profiel en/of vaardigheden.
- Functie van het diploma: werk of starten met een aansluitende hbo-bacheloropleiding. Vaak kunnen studenten die bacheloropleiding in een korte tijd (2 jaar) afronden.
- Diploma: Associate Degree (AD).
Duur
De nominale opleidingsduur, dat wil zeggen de lengte van de voltijdopleiding (geen deeltijd) zonder studievertraging.
Studielast
De tijd die de gemiddelde student nodig heeft om de lesstof onder de knie te krijgen. Daaronder vallen de contacturen (onderwijs) en de uren voor zelfstudie. Onderwijsinstellingen beschrijven de studielast met studiepunten (credits), bijvoorbeeld ECTS.
Een Associate Degree heeft niveau 5 in het Nederlands kwalificatieraamwerk (NLQF).
Bachelor (hbo)
Hbo-bacheloropleidingen leiden studenten op voor een bepaald beroep.
- Duur: 4 jaar (240 ECTS), soms 3 jaar (een versneld traject na een vwo-diploma, zie WHW-artikel 7.9a).
- Inhoud: 1e jaar is het propedeusejaar, daarna start de hoofdfase met meer verdieping/specialisatie. 3e jaar: meestal een verplichte stage van ongeveer 9 maanden. 4e jaar: een scriptie of afstudeerproject.
- Toelatingseisen: een havodiploma of mbo-diploma niveau 4, soms een vwo-diploma. Soms zijn er extra eisen, bijvoorbeeld qua profiel en/of vaardigheden.
- Functie van het diploma: werk of toegang tot een hbo-masteropleiding.
- Diploma: Bachelor, zoals:
- Bachelor of Arts (BA);
- Bachelor of Business Administration (BBA);
- Bachelor of Education (BEd);
- Bachelor of Science (BSc)
- Bachelor of Social Work (BSW).
Let op: in principe mogen afgestudeerden van bacheloropleidingen in het hoger beroepsonderwijs (hbo) 1 van de traditionele Nederlandse titels gebruiken:- ingenieur (ing.) – na een afgeronde opleiding op het gebied van techniek, landbouw en natuurlijke omgeving;
- baccalaureus (bc.) – na een afgeronde opleiding in overige studierichtingen.
Op de website van de Rijksoverheid vind je meer informatie over het gebruik van titels.
Een bachelor heeft niveau 6 in het Nederlands kwalificatieraamwerk (NLQF).
Bachelor (wo)
Een wo-bacheloropleiding is vooral gericht op theorie/wetenschappelijk onderwijs.
- Duur: 3 jaar.
- Studielast: 180 ECTS.
- Inhoud: voornamelijk (theoretisch) onderwijs in 1 studierichting of in een hoofd- en bijvak (major/minor-structuur), soms onderzoeksmethoden, vaak in het laatste jaar een (korte) scriptie.
- Toelatingseisen: een vwo-diploma of een hbo-propedeuse (deze ontvangen studenten na afronding van het 1e jaar van hun hbo-opleiding). Soms zijn er extra toelatingseisen, bijvoorbeeld een bepaald profiel.
- Functie van het diploma: toegang tot een wo-masteropleiding. Toegang tot een hbo-masteropleiding is ook mogelijk.
- Diploma: Bachelor of Arts (BA), Bachelor of Laws (LLB) of Bachelor of Science (BSc).
Een bachelor heeft niveau 6 in het Nederlands kwalificatieraamwerk (NLQF).
Post-hbo-kwalificatie
Sommige hogescholen bieden post-hbo-opleidingen aan. Studenten kunnen deze opleidingen volgen na het behalen van minimaal een hbo-bachelor. Vaak volgen de studenten de opleiding parttime (op kosten van de werkgever).
Master (hbo)
Hbo-masteropleidingen zijn beroepsgericht. Vaak volgen studenten de opleiding niet fulltime, maar combineren ze werken en studeren.
- Duur: meestal 1 jaar (60 ECTS), soms 2 jaar (120 ECTS), bijvoorbeeld bij kunstopleidingen en lerarenopleidingen.
- Inhoud: meestal verdere specialisatie in een bepaald beroep; afsluitend een scriptie of afstudeerproject, met de nadruk op toegepast onderzoek.
- Toelatingseisen: meestal een bachelor, dit kan een hbo-bachelor of wo-bachelor zijn. Soms is er (ook) werkervaring nodig.
- Functie van het diploma: vaak verdere specialisatie in een bepaald beroep.
- Diploma: Master, zoals:
- Master of Arts (MA);
- Master of Business Administration (MBA);
- Master of Education (MEd);
- Master of Science (MSc;
- Master of Social Work (MSW).
Een master heeft niveau 7 in het Nederlands kwalificatieraamwerk (NLQF).
Master (wo)
Een wo-masteropleiding volgt op een wo-bachelor en is ook vooral gericht op theorie/wetenschappelijk onderwijs.
- Duur:
- 1 jaar (60 ECTS; meeste studierichtingen);
- 2 jaar (120 ECTS; technische en natuurwetenschappelijke richtingen en research masters in verschillende richtingen);
- 3 jaar (180 ECTS; geneeskunde, diergeneeskunde, apothekersopleiding en tandheelkunde).
- Inhoud: specialisatie (bepaalde studierichting), onderzoeksmethoden en meestal een scriptie.
- Toelatingseisen: een wo-bachelor, soms met extra eisen.
- Functie van het diploma: toegang tot een promotietraject (doctor/PhD of PDEng) of werk.
- Diploma: Master of Arts (MA), Master of Business Administration (MBA), Master of Laws (LLM) of Master of Science (MSc).
Let op: in principe mogen afgestudeerden van masteropleidingen in het wetenschappelijk onderwijs (wo) een van de traditionele Nederlandse titels gebruiken:- ingenieur (ir.) – na een afgeronde opleiding op het gebied van techniek, landbouw en natuurlijke omgeving;
- meester (mr.) – na een afgeronde opleiding in rechtsgeleerdheid;
- doctorandus (drs.) – na een afgeronde opleiding in overige studierichtingen.
Op de website van de Rijksoverheid vind je meer informatie over het gebruik van titels.
Een master heeft niveau 7 in het Nederlands kwalificatieraamwerk (NLQF).
Engineering Doctorate (EngD)
De EngD is een promotietraject dat alleen de 3 technische universiteiten aanbieden.
- Duur: 2 jaar.
- Inhoud: nadruk op (technologisch) ontwerpen; meer gericht op de praktijk en het bedrijfsleven/industrie dan de PhD-opleiding.
- Toelatingseisen: meestal een wo-master en extra eisen, bijvoorbeeld een motivatiebrief.
- Diploma: de titel Engineering Doctorate (EngD).
Een Engineering Doctorare (EngD) heeft niveau 8 in het Nederlands kwalificatieraamwerk (NLQF).
Doctor/PhD
- Duur: meestal 4 jaar (vaak zonder ECTS).
- Inhoud: zelfstandig wetenschappelijk onderzoek, soms daarnaast een aantal vakken, en het schrijven van een proefschrift.
- Toelatingseisen: meestal een wo-master en extra eisen, bijvoorbeeld een motivatiebrief en een onderzoeksvoorstel.
- Diploma: Doctor (dr.) of PhD, na openbare verdediging van het proefschrift.
Een Doctor/PhD heeft niveau 8 in het Nederlands kwalificatieraamwerk (NLQF).