Wereldburgerschapsonderwijs krijgt impuls van pabo studenten
Burgerschapsonderwijs is voor scholen verplicht, maar zeker niet altijd even eenvoudig. Door toekomstige leerkrachten goed uit te rusten met kennis en vaardigheden, krijgt iedere basisschoolleerling de kans om al jong te leren wat het betekent om wereldburger te zijn.
Daar werkt de Pabo van Hogeschool Leiden aan met haar traject Wereldklas. Als enige pabo in Nederland biedt Hogeschool Leiden studenten de mogelijkheid het Wereldklas-traject te volgen, als vast onderdeel van de reguliere lerarenopleiding voor het basisonderwijs. Daarvoor heeft de hogeschool als eerste het keurmerk Wereldburgerschap voor pabo’s van Nuffic ontvangen.
Burgerschapsonderwijs
In de praktijk blijkt het uitvoeren van het burgerschapsonderwijs voor veel leerkrachten in het primair onderwijs een uitdaging te zijn. Veel leerkrachten voelen zich niet bekwaam genoeg en cijfers van de Onderwijsinspectie laten zien dat ongeveer de helft van de geïnspecteerde basisscholen een herstelopdracht krijgt, omdat hun aanpak van burgerschap onvoldoende is uitgewerkt of verankerd in beleid.
Met name in de grote steden, waar scholen te maken hebben met diversiteit, meertaligheid en soms polarisatie, worstelen leraren met de invulling van burgerschap in hun lessen. Juist daar ligt een kans, stelt Koen de Jonge, beleidsadviseur bij Nuffic: “Scholen zoeken naar handvatten om goed invulling te geven aan hun burgerschapsopdracht. De behoefte is groot.” Daarom is hij blij met de Wereldklas van de Hogeschool Leiden.
Curriculum Wereldklas krijgt keurmerk
In de Wereldklas ontwikkelen studenten expertise op thema’s zoals duurzaamheid, omgaan met diversiteit, democratie en politiek, kansenongelijkheid, meertaligheid, digitale geletterdheid, mediawijsheid en wereldreligies. Ze doen kennis en vaardigheden op die nodig zijn om wereldburgerschapsonderwijs in de praktijk vorm te geven. Naast kennis en vaardigheden gaat het ook om de vorming van de student zelf binnen deze thema's.
Op 1 oktober 2025 studeerden in Leiden de eerste leraren-in-opleiding af met een certificaat Wereldburgerschap, dat de Pabo nu mag uitreiken dankzij het behaalde Nuffic keurmerk.
De Wereldklas is opgezet naar aanleiding van vragen uit het werkveld, vertelt Astrid van Schoonacker-de Groot, coördinator van de Wereldklas: “Veel scholen weten niet hoe ze vorm moeten geven aan de wettelijke verplichting om burgerschap in hun onderwijs op te nemen. Daar komt bij dat de samenleving steeds complexer wordt. Polarisatie neemt toe, gesprekken in de klas worden moeilijker. En dat geldt ook voor gesprekken met ouders. We willen onze studenten voorbereiden op die realiteit.”
Kennis en vaardigheden
Het traject van de Wereldklas is al in 2016 gestart. De eerste visitatie door Nuffic vond plaats in 2019 en in september 2020 zijn de eerste certificaten 'Wereldleerkracht' uitgereikt. “Met dit certificaat kunnen studenten laten zien dat ze specifieke kwaliteiten meenemen de school in: kennis en vaardigheden die scholen goed kunnen gebruiken,” legt De Jonge uit.
Binnen de opleiding verdiepen studenten zich, in het kader van hun eigen vorming, in de wereldburgerschapsthema’s en leren zij onder meer zelf lessen ontwerpen rond wereldburgerschap. “Daardoor kunnen we echt ons eigen beeld en onze visie op burgerschap ontwikkelen,” vertelt Kirsten, een van de studenten die een certificaat ontving.
Medestudent Lotte vult aan: “De kinderen in mijn stageklas komen uit verschillende gezinnen. Iedereen maakt van alles mee, zowel leuke als minder leuke dingen. Ik probeerde ruimte te creëren voor die verhalen, zodat er meer wederzijds begrip ontstaat voor elkaars leefwereld.”
Kansengelijkheid
En dat is hard nodig. Uit TALIS-onderzoeken blijkt dat ongeveer 60 procent van de leerkrachten het lastig vindt om les te geven in een multiculturele en meertalige context. “Als je studenten niet goed voorbereidt, kiezen zij sneller voor scholen met minder complexe uitdagingen. Daarmee groeit de ongelijkheid tussen scholen. Met initiatieven zoals de Wereldklas willen we juist bijdragen aan kansengelijkheid.”
Student Imme beaamt dat: “Je moet steeds bewust en kritisch blijven van hoe jouw lessen zich verhouden tot verschillende kinderen. Dat bewustzijn ontwikkel je door ondernemend te zijn en door ervaring op te doen op diverse scholen. Zo houd je je blik scherp.” Van Schoonacker-de Groot vult aan: “Het is niet genoeg om burgerschap af te vinken met een methode voor burgerschap of een boekje, het moet doorleefd zijn in de hele school, van visie en beleid tot het goede voorbeeld geven in de klas. Dat vraagt leiderschap van directies, maar ook leerkrachten die weten hoe ze dit in hun onderwijs verweven. Precies daarin ligt de kracht van de Wereldklas.”
De studenten van de Wereldklas hebben al ervaring opgedaan met multiculturele groepen: in Nederlandse steden, in het buitenland, binnen taalklassen, met asielzoekers en op islamitische scholen. “In al die verschillende contexten hebben we uitvoerig kunnen werken aan wereldburgerschap,” vertelt Kirsten. “Vanaf dag één leren we dat het belangrijk is om het gesprek aan te gaan, ook de moeilijke gesprekken waarin meningen, belangen en waarden botsen. We krijgen daar tijdens de opleiding handvatten voor en bouwen zelfvertrouwen op doordat de opleiding ons actief stimuleert om die gesprekken te blijven voeren.”
Vier thema’s
Hoe veranker je wereldburgerschap in je curriculum? Voor het keurmerk Wereldburgerschap beoordeelt een commissie van experts Pabo’s op twee hoofdaspecten: het curriculum en de organisatorische inbedding.
Nuffic heeft vier centrale thema’s geformuleerd: de digitale transitie, de staat van de aarde (klimaat en milieu), macht en democratie, en emancipatie en inclusie.
Het belang van het certificaat reikt verder dan de studenten, denkt Van Schoonacker-de Groot: “Onze studenten nemen straks extra kwaliteiten mee. Ze kunnen niet alleen lessen burgerschap geven, maar ook het onderwerp schoolbreed op de kaart zetten. We hopen dat dit keurmerk ook andere Pabo’s inspireert om een vergelijkbaar traject of een verwante minor of specialisatie op te zetten.”
De ambitie is om uiteindelijk een landelijk netwerk van Pabo’s te vormen waarin kennis wordt gedeeld en opleidingen elkaar versterken. “Nu wordt nog te vaak het wiel zelf uitgevonden,” aldus De Jonge. “Wij willen meer coördinatie en samenwerking stimuleren, zodat iedereen profiteert van elkaars inzichten.” Van Schoonacker-de Groot besluit: “Uiteindelijk willen we allemaal hetzelfde: toekomstige leraren opleiden die stevig in hun schoenen staan en weten hoe ze burgerschapsonderwijs kunnen integreren in hun dagelijkse praktijk.”
Meer weten?
Werk je voor een pabo en wil je meer lezen over het Nuffic keurmerk voor wereldburgerschapsonderwijs? Bekijk dan deze pagina