Ketikoti en cultureel erfgoed: studenten zetten de volgende stap

Amos, Rebekka en Akaash van het Nationaal Archief Suriname gaan met het Cultural Heritage Scholarship Programme in Nederland studeren. Deze young professionals willen hun expertise op het gebied van kunst en erfgoed verder ontwikkelen en vooral verborgen verhalen uit het slavernijverleden eer aandoen en onder de aandacht brengen van huidige en jonge generaties in Suriname.

In het kader van Ketikoti spraken wij met Amos, Rebekka en Akaash. Samen met 19 andere young professionals uit Indonesië, Nigeria, Sri Lanka, Suriname en Zuid-Afrika zijn zij geselecteerd voor het Cultural Heritage Scholarship Programme. In september starten zij in Nederland met een masteropleiding rond cultureel erfgoed. De start van dit programma betekent een ambitieuze en cruciale stap om onderlinge samenwerking op het gebied van cultureel erfgoed tussen Nederland en de landen van herkomst verder te bevorderen.

Gefeliciteerd met jullie deelname aan het Cultural Heritage Scholarship Programme. Wat was jullie motivatie om je aan te melden?

“Suriname deelt een pijnlijke geschiedenis met Nederland. Een geschiedenis van uitbuiting, ongelijke machtsverhouding, kolonisatie, slavernij en gedwongen migratie.” vertelt Amos, onderzoeker bij het Nationaal Archief Suriname. “Met het gebruik van gelden verkregen uit de slavenhandel, het systeem van slavernij, de instandhouding van de plantage-economie in de koloniën, en de exploitatie van koloniale bezittingen, heeft Nederland zich kunnen ontwikkelen. Suriname daarentegen is een land ín ontwikkeling. We zijn nog niet waar we moeten zijn. Het Cultural Heritage Scholarship Programme helpt om Suriname hierin bij te staan. Het helpt ons als young professionals om verder te ontwikkelen.”

“Er is weinig deskundigheid op het gebied van kunst en cultureel erfgoed in Suriname.” vult Akaash aan, chef Educatie en Voorlichting. “Er is bijvoorbeeld in dit vakgebied geen masterstudie die je kunt volgen in Suriname om je kennis te verdiepen. Als onderdeel van dit programma studeren wij daarom vanaf september ‘Kunst en Erfgoed: Beleid, Management en Educatie’ aan de Universiteit Maastricht. Daar doen we kennis en vaardigheden op die we nu nog missen in Suriname. Dit programma gaat ons daarom veel helpen. Zodra we terugkomen, kunnen we de relevante kennis en tools toepassen.”

Ook de internationale context van het Cultural Heritage Scholarship Programme spreekt aan. Zo vertelt Rebekka, onderzoeker bij het Nationaal Archief Suriname: “Ik ben ook benieuwd naar de inzichten van andere deelnemers van het programma. Hoe denken zij over het slavernijverleden? Vooral ook uit andere koloniale landen zoals Indonesië en Zuid-Afrika. Wij kunnen ook leren van hun inzichten, die toepassen en ook samenwerken.”

Cultural Heritage Scholarship awardees Akaash, Rebekka and Amos.

Foto: Akaash, Rebekka en Amos in het Nationaal Archief Suriname.

Een ongebroken ketting met het koloniale verleden

Op 1 juli herdenken we met Ketikoti (vertaald: ketenen gebroken) het afschaffen van de slavernij in Suriname en de Nederlandse Antillen. De 3 Surinaamse young professionals werken voor het Nationaal Archief Suriname onder andere aan het vertellen van verhalen uit de slavernij vanuit het perspectief van de tot slaaf gemaakte.

“We vinden het belangrijk om de verborgen verhalen te vertellen. Verhalen van de onderdrukten en de strijd die is geleverd. Het is belangrijk dat we daar meer bekendheid aan geven en dat overbrengen aan het publiek. Wij hechten veel waarde aan het behoud van materieel en immaterieel cultureel erfgoed en willen het bewustzijn hierover bevorderen bij zowel huidige als toekomstige generaties.” vertelt Rebekka.

Amos knikt instemmend: “Naast het immateriële erfgoed is inderdaad het materiële erfgoed ook een belangrijk aspect. Tijdens de koloniale periode zijn er culturele en andere waardevolle objecten vanuit Suriname naar Nederland vervoerd. Deze objecten vormen een symbool van de ongebroken ketting van koloniale onderdrukking. Het teruggeven van deze objecten aan Suriname is belangrijk voor het herstel van cultureel en historisch onrecht en zou een symbolische afronding van de ongelijkheid en de erkenning van het pijnlijk verleden kunnen betekenen.”

“De objecten zijn nog niet thuis en daardoor is het verbreken van de ketenen nog niet helemaal afgerond.” vervolgt Amos. “Met het thuisbrengen van gestolen cultureel erfgoed, kunnen we een brug slaan naar een nieuw en mooi traject van samenwerking op basis van gelijkwaardigheid en respect tussen beide landen.

Eerst moet daarvoor kennis en de museale infrastructuur versterkt worden. Onze deelname aan het programma maakt daar onderdeel van uit.“

Akaash beaamt dat ook: “Met onze deelname aan het Cultural Heritage Scholarship Programme gaan we een hele grote verandering brengen. In Suriname wordt kunst en erfgoed niet als belangrijk gezien. Wij willen dat perspectief veranderen. Na onze deelname zullen wij drieën in staat zijn om kunst en erfgoed in Suriname te promoten en naar grotere hoogtes te brengen.”

Over het Cultural Heritage Scholarship Programme

Vanwege de onevenwichtige machtsverhouding tijdens het koloniale tijdperk werden cultuurgoederen vaak op onrechtmatige wijze verkregen. Het Cultural Heritage Scholarship Programma sluit aan bij de wens van de Nederlandse overheid om dit historische onrecht te herstellen. Bijvoorbeeld door cultureel erfgoed terug te geven aan het land van herkomst, maar ook door internationale samenwerking op dit gebied te versterken.

Het Cultural Heritage Scholarship Programme richt zich op het versterken van kennis rondom cultureel erfgoed. Het programma is opgesteld in lijn met het Nederlandse beleid gebaseerd op het advies over Koloniale Collecties en Erkenning van Onrecht van de Gonçalves commissie. Het Cultural Heritage Scholarship Programme wordt beheerd door Nuffic met financiering van het Ministerie van Buitenlandse Zaken.

Lees meer over het Cultural Heritage Scholarship Programme.