“Zie verschillen in de klas als iets positiefs.”
Hoe internationalisering kan bijdragen aan inclusiever onderwijs; vijf tips.
Internationalisering kan leerlingen en studenten een heleboel opleveren. Ze doen ervaringen op over de grens, leren nieuwe talen en culturen kennen en ontwikkelen zo interculturele vaardigheden om hiermee om te gaan.
We zien dat het opdoen van deze ervaringen in het huidige onderwijs niet voor iedereen toegankelijk is. Waarmee we eigenlijk kansenongelijkheid in de hand werken.
De vraag is: hoe zorgen we ervoor dat álle leerlingen en studenten interculturele competenties ontwikkelen? Hoe zorgen we ervoor dat internationalisering juist bijdraagt aan het creëren van gelijke kansen? We zetten vijf praktische tips op een rij.
De vijfde editie van Nuffic Meets had als thema ‘Internationalisering versus kansengelijkheid: drijvende kracht of hindernis?’. In deze webinar deelden zes ervaringsdeskundigen uit onderwijs en wetenschap hun visie via stellingen en praktijkvoorbeelden.
#1 Allereerst: ga hoe dan ook aan de slag met internationalisering
“Niet werken aan internationalisering werkt kansenongelijkheid in de hand, zegt Geert Simons duidelijk. Hij is directeur-bestuurder bij Stichting De Proominent. “Docenten zeggen soms: ‘Engels in groep 1, moeten we dat wel doen? Veel kinderen met een migratieachtergrond hébben het al zo moeilijk’. Ja, wel doen, want als we kinderen ook nog de kans ontnemen Engels te leren, krijgen ze er een achterstand bij.”
‘Internationalisering draait niet alleen om taallessen en studiereizen. Het gaat om het ontwikkelen van intercultureel bewustzijn, weten wat er gebeurt in het buitenland, deelnemen aan een per definitie mondialer wordende samenleving. Internationalisering is juist de sleutel tot kansengelijkheid.’
Internationalisering vanuit huis
Het hoeft niet zo moeilijk, internationaliseren kan gewoon vanuit ‘huis’, zegt Monaïm Benrida, programmanager Gelijke Kansen Alliantie bij het ministerie van Onderwijs. “Ik ben zelf in Limburg opgegroeid maar Duits opgevoed. We deden in Aken de boodschappen, we keken Duitse televisie. Van die grensgebieden kunnen we leren, daar is internationalisering onderdeel van het dagelijks leven.”
Benrida vertelt over zijn vijf jaar Frans op de havo. “Toen ik een keer in Franrijk was, kon ik nét een bestelling doen. Maar als je via Facebook een Russisch meisje ontmoet, leer je binnen drie maanden Russisch. Ik bedoel te zeggen: internationalisering kan op verschillende manieren invulling krijgen. Je hoeft bij wijze van spreken geen reizen te organiseren naar Athene voor eindexamenkandidaten, maar gewoon naar scholen in de Randstad komen om kennis maken met leerlingen uit verschillende culturen. Wereldburgers kun je ook in Nederland of in de klas opleiden.”
#2 Doe oefeningen over identiteit
Inclusie en diversiteit bij internationaliseringsactiviteiten begint bij de docent. “Wanneer je leerlingen hebt met verschillende culturele achtergronden, dan is het jouw verantwoordelijkheid als docent om hen eerst te leren kennen”, vindt Mari Varsányi, medeoprichter van De Nieuwe Internationale School Esprit (DENISE). “Creëer een common ground, maak van je klas een gemeenschap. Pas vanuit cooperative learning kun je lesgeven.”
Zo doet Varsányi oefeningen in de klas over identiteit. “Waar komt jouw naam vandaan, heeft het een betekenis? Maar ook: uit welke cultuur kom jij, welke taal wordt daar gesproken? Hoe zie jij jouw cultuur en hoe zien andere die? Ik wil zo een podium bieden aan de culturele en linguïstische rijkdom in de klas.” Niet alleen helpt dat kinderen zichzelf en anderen waarderen, het biedt ook een ‘intercultureel perspectief’.
Ook wil Varsányi deficit denken aan de kaak stellen. “Dat een docent bewust of onbewust denkt: gekleurde leerlingen doen het slechter, omdat hun ouders niet voldoende kennis of de juiste waarden in huis hebben. Dat leidt tot lage verwachtingen, en die weer tot slechtere schoolresultaten.”
#3 Geef cultureel responsief les
Wees open als docent, beaamt onderwijswetenschapper Sabrina Alhanachi. Zij onderzoekt de samenwerking van docenten op het gebied van cultureel responsief lesgeven. “Daarbij betrek je in de klas de achtergronden van alle leerlingen, zodat ze allemaal gelijke kansen krijgen om goed te presteren, gemotiveerd te zijn en zich thuis voelen op school.” Wees daarbij een voorbeeld als docent. “Leer de thuiscultuur van de leerling kennen.”
Zo merkte ze zelf dat leerlingen uit individualistische culturen makkelijker zelfstandig aan het werk gaan dan die uit een collectivistische cultuur. “Die hebben soms meer sturing nodig. Ze lijken dan ongemotiveerd, maar zijn het dus niet.”
Bij cultureel responsief lesgeven gaat het om attitude en kennis. Staan docenten open voor andere typen opvoeding dan die zij zelf hebben genoten? Hebben ze kennis van andere normen en waarden? “We zien dat een eurocentrische visie nog steeds overheerst in het Nederlandse onderwijs. Kijk bijvoorbeeld naar de evolutietheorie in de biologieles, of de manier waarop we de Tweede Wereldoorlog behandelen bij geschiedenis. Terwijl de blik van Aziatische of Islamitische landen daarop heel anders is.”
De onderwijswetenschapper merkt dat docenten het uitdagend vinden deze lessen te geven aan een cultureel diverse klas. “Integreer die culturele achtergronden in de les. Vraag wat je leerlingen vinden van een bepaald onderwerp. En leer ze kritisch te zijn op wat ze meekrijgen in Nederlandse media.”
#4 Benut de moedertaal
Marleen de Kleijn is directeur van basisschool het Startpunt in de multiculturele Haagse Schilderswijk. “Vijf jaar geleden betekende internationalisering: op school spreken we Nederlands. Je woont in Nederland dus conformeer je je aan de Nederlandse cultuur.” Inmiddels is de mindset in de samenleving veranderd en maakte de school een enorme omslag.
Het Startpunt is de eerste door de overheid gesubsidieerde basisschool die werkt met het Primary Years Programme van het Internationaal Baccalaureaat. “Dat draagt bij aan het omarmen van meertaligheid en het burgerschapsonderwijs. In onze schoolbibliotheek staan boeken in verschillende talen. Ook om te zeggen: het maakt niet uit welke taal je spreekt, pak gewoon dat boek. Neem het mee naar huis zodat ouders kunnen voorlezen in het Engels, Hindi of Russisch. De verbinding met elkaar wordt sterker, harmonieuzer. Niet alleen binnen maar ook buiten de school. Ouders raken meer betrokken en stellen vragen: wat hebben onze kinderen vandaag geleerd?”
"Met translanguaging, lesgeven in de moedertaal, kunnen we leerlingen meer laten leren. Meertalige kinderen kunnen dat vaak goed aan."
Simons (schoolbestuurder): “Als je bij kinderen dalende resultaten ziet bij lezen en schrijven, dan heeft dat weinig met taalachterstand te maken. Het echte probleem is gebrekkige socialisatie, kinderen die moeite hebben met het groepsproces. Internationalisering is ook: je thuis voelen op school, waardoor je beter leert. Met translanguaging, lesgeven in de moedertaal, kunnen we leerlingen meer laten leren. Meertalige kinderen kunnen dat vaak goed aan.”
#5 Maak het concreet en ga aan de slag
Virtuele internationale oefenbedrijven in het mbo brengen interculturele ervaringen direct dichtbij, vertelt Arianne Schekkerman, projectleider van Practice Enterprise Network Nederland (PenNed). “Leerlingen kopen en verkopen virtueel artikelen in een internationale setting. Het bedrijfsproces, de documentenstroom en klanten zijn echt.”
Schekkerman ziet dat leerlingen als vanzelf internationaal gaan handelen. “Ze converseren met een Amerikaanse ondernemer over het assortiment, handelen via Zoom met iemand uit Chili. Zo leer je in de praktijk internationaal communiceren en andere culturen kennen.”
Verder lezen
Wil je meer weten over diversiteit en inclusie in internationaliseringsactiviteiten? Lees verder over hulpmiddelen voor docenten en projecten die zich richten op het bevorderen van inclusie op onze webpagina Diversiteit en Inclusie.
Altijd als eerste op de hoogte van het laatste nieuws? Schrijf je in voor onze nieuwsbrief.
Geschreven door: Sang-Ah Yoo