"Meer kansengelijkheid door onderwijs in wereldburgerschap"

Joana da Silveira Duarte is per 1 maart benoemd tot bijzonder hoogleraar Wereldburgerschap en tweetalig onderwijs aan de Universiteit van Amsterdam. De expert in meertaligheid gaat een nieuwe aanpak ontwikkelen voor het onderwijs in wereldburgerschap.
Geschreven door Nuffic

Waarom is de leerstoel Wereldburgerschap en tweetalig onderwijs ingesteld?

“Er is een maatschappelijk belang en een noodzaak om aandacht te besteden aan mondiale onderwerpen zoals klimaat, migratie, de kloof tussen arm en rijk, integratie en diversiteit. Het is belangrijk dat jongeren al vroeg gaan nadenken over deze thema’s die in huidige maatschappelijke debat vaak tot polarisatie leiden. Onderwijs in wereldburgerschap is een manier om hen daarvoor de kennis, vaardigheden en attitude bij te brengen. Maar er is een gebrek aan kennis over wat wereldburgerschap nu precies is, over hoe de verbinding met taalonderwijs en andere vakken gelegd kan worden en hoe je wereldburgerschapsonderwijs een plek geeft in het curriculum.”

Deze bijzondere leerstoel combineert wereldburgerschap en tweetalig onderwijs. Wat is de reden daarvoor?

“Het vroeg leren van een vreemde taal hoort bij wereldburgerschap. Het is ook een middel om je beter in andere culturen te kunnen verplaatsen. Er is al veel onderzoek gedaan naar het leren van een vreemde taal, maar over de verbinding tussen wereldburgerschap en taalonderwijs is nog niet zo veel bekend. Dat is een vervolgstap in het onderzoek. Daarbij gaat het erom hoe leerlingen de vreemde taal gebruiken, bijvoorbeeld in een internationaal project. Verder willen we onderzoeken wat de invloed is van onderwijs in wereldburgerschap en vreemde talen op de persoonsvorming van leerlingen. Dus op hun individuele vaardigheden.”

“Als we kritische wereldburgers willen opleiden moet kennisoverdracht plaats maken voor onderzoekend leren.”

Hoe ga je de leerstoel invullen?

“We willen een visie en een model ontwikkelen voor wereldburgerschap vanuit de invalshoek diversiteit, inclusiviteit en kansengelijkheid. Het doel van onderwijs in wereldburgerschap is dat leerlingen opgeleid worden tot zelfstandige en kritische wereldburgers. Als we dat willen bereiken moeten we in het onderwijs een omslag maken van kennisoverdracht naar onderzoekend leren. Dus niet lesgeven over wat democratie is, maar leerlingen bijvoorbeeld een wethouder laten interviewen. Ook zullen we de verhouding tussen burgerschap en wereldburgerschap uitwerken. En we onderzoeken hoe wereldburgerschapsonderwijs geïntegreerd kan worden in andere vakken zoals geschiedenis, aardrijkskunde, maatschappijleer en kunstonderwijs.”

Wat is jouw persoonlijke drijfveer?

“Dat er meer gelijke kansen voor leerlingen ontstaan. Het huidige onderwijs is te versnipperd waardoor onderwerpen te weinig met elkaar worden verbonden. Dat werkt contraproductief. Zo leiden we niet de leerlingen op die de toekomst nodig heeft. Want dat zijn mensen die verbindingen leggen, problemen oplossen en kunnen innoveren. Kinderen uit hoogopgeleide gezinnen compenseren die versnippering omdat ze van huis uit al veel meekrijgen. De andere leerlingen – en dat is de grote meerderheid die vaak een migratie-achtergrond heeft – missen dat. De prestatiekloof wordt daardoor in Nederland steeds groter. De leerlingen die de meeste steun nodig hebben, halen het minste uit ons onderwijssysteem want het helpt hen niet om kritisch na te denken. Wereldburgerschapsonderwijs kan als voorbeeld dienen hoe je vakken met elkaar kunt verbinden. En kan op die manier een sleutel zijn tot kansengelijkheid. Ik weet dat dat ambitieus en idealistisch is. Maar zonder idealen verandert de situatie niet."

Hoe ga je dat aanpakken?

“De leerstoel is verbonden aan de lerarenopleidingen en de academische pabo van de UvA. Ik ga samen met studenten, stagescholen en docenten van deze opleidingen een nieuwe aanpak voor het onderwijs in wereldburgerschap ontwikkelen en implementeren. We ontwerpen ook een aantal didactische benaderingen. En we onderzoeken de effecten van onderwijs in wereldburgerschap op de leerlingen. Verder ontwikkelen we modules voor de lerarenopleidingen en de academische pabo, zodat wereldburgerschap, tweetalig onderwijs en diversiteit een vaste plek krijgen in dat curriculum. En we gaan nascholing aanbieden aan docenten. Op deze manier willen we leerkrachten en scholen handvaten geven om op een andere manier met taal- en wereldburgerschapsonderwijs aan de slag te kunnen gaan."

"De leerlingen die de meeste steun nodig hebben, halen het minste uit ons onderwijssysteem want het helpt hen niet om kritisch na te denken. Wereldburgerschapsonderwijs kan als voorbeeld dienen hoe je vakken met elkaar kunt verbinden."

Hoe ziet de samenwerking met Nuffic, de financier van de leerstoel, eruit?

“Ik wil graag samenwerken met de scholen die zijn aangesloten bij het landelijke netwerk tweetalig onderwijs dat Nuffic coördineert. En met het Global Citizen Network waarbij alle middelbare scholen die werken aan wereldburgerschap zijn aangesloten. Ik wil onderzoek doen op deze scholen, trainingen aanbieden en docenten als experts betrekken bij mijn leerstoel. Als expert in meertaligheid spreek ik nu al regelmatig op congressen, symposia en andere bijeenkomsten die Nuffic organiseert. Dat wil ik vaker doen en dan ook over onderwijs in wereldburgerschap. Nuffic zit bovendien in het Curatorium (college dat toezicht houdt, red.) van de bijzondere leerstoel.”

Wat wil je over vijf jaar bereikt hebben?

“Ik wil dat de UvA, nationaal en internationaal, wordt gezien als dé expert op het gebied van wereldburgerschapsonderwijs, in relatie tot tweetalig onderwijs en persoonsvorming. Ik hoop dat deze nieuwe aanpak van onderwijs in wereldburgerschap tot meer kansengelijkheid leidt. De bijzondere vaardigheden van meertalige leerlingen worden nu onvoldoende erkend. Ik hoop dat door onze activiteiten de rijkdom die diversiteit in het onderwijs biedt, meer wordt gezien.”

Expert in meertaligheid

Joana da Silveira Duarte (1977) is geboren in Portugal. Na haar studie Modern Linguistics and Literature in Lissabon vertrok ze naar Duitsland. Ze volgde er een master Intercultural Education aan de Universiteit van Hamburg en promoveerde daar in 2009. Ze werkte als docent en onderzoeker aan de universiteiten van Hamburg en Keulen, maar gaf ook les op tweetalige scholen.

Sinds 2015 is ze universitair docent en onderzoeker bij de afdeling Friese Taal- en Letterkunde van de Rijksuniversiteit Groningen. Sinds 1 september is zij ook lector Meertaligheid en Geletterdheid op de NHL Stenden Hogeschool. Haar onderzoeksterrein is taalonderwijs in meertalige contexten. Het recht om je eigen taal te mogen gebruiken – of het nu een minderheidstaal of een migrantentaal is – en kansengelijkheid heeft ze hoog in het vaandel. Ze beschikt over een uitgebreid regionaal, nationaal en internationaal netwerk.