Kamerverkiezingen: internationalisering op het stembiljet

Op woensdag 17 maart gaat Nederland naar de stembus. Hoe denken de partijen over internationalisering, kennissamenwerking en aanverwante thema’s?
Geschreven door Jeroen Langelaar

Internationale kennissamenwerking, de opkomst van de Engelse taal in de collegebanken en de toenemende populariteit van tweetalig onderwijs – ook internationalisering staat op 17 maart op het stembiljet. Met de verkiezingen voor de deur bekijken we de visies van politieke partijen op diverse thema’s rond internationalisering in het onderwijs.

Wereldburgerschap

Bijna alle politieke partijen besteden in hun programma’s aandacht aan de waarde van (wereld)burgerschap in het onderwijs. GroenLinks wil dat de overheid ‘toeziet op het waarborgen van kritisch denken en burgerschap op alle scholen’. Ook vindt de partij dat alle scholen hun visie op samenleving en onderwijs in hun schoolplan uiteen moeten zetten.

Het CDA wil van burgerschap, democratie en rechtsstaat een apart onderdeel van het eindexamen maken voor alle leerlingen in het voortgezet onderwijs.

Leerlingen en studenten beter moet beter worden geïnformeerd over ‘het belang, de kracht en de voordelen van een diverse samenleving zonder discriminatie’, vindt de partij Volt. De PvdA zit op dezelfde lijn; de sociaaldemocraten zien graag dat burgerschap een grotere rol krijgt in het curriculum, omdat hiermee racisme, discriminatie en uitsluiting kunnen worden aangepakt: "Burgerschapsonderwijs wordt een belangrijker criterium bij het beoordelen van scholen door de onderwijsinspectie."

De VVD gaat een stap verder. Die partij pleit voor een wettelijke mogelijkheid om schoolbesturen en directies te schorsen of te ontslaan als een school de burgerschapsopdracht niet goed uitvoert. Wat DENK betreft worden burgerschap en anti-discriminatie ‘geëxamineerde kerndoelen’.

Tweetalig onderwijs

De rol van taal in het onderwijs komt in diverse partijprogramma’s terug. Zo pleit de PvdA voor meer aandacht voor taal in het basis- en voortgezet onderwijs. “Er komen duidelijkere taaleisen voor het onderwijs waarop scholen steviger worden gecontroleerd.”

Het CDA en de SGP vragen op hun beurt om meer aandacht voor andere moderne vreemde talen dan het Engels. In het bijzonder noemen de partijen daarbij Duits en Frans.

De partij 50plus stelt dat ‘onderwijs wordt aangeboden in de Nederlandse taal’. “Voor degenen die het Nederlands onvoldoende beheersen worden taalcursussen aangeboden.”

Meer weten over wereldburgerschap en tweetalig onderwijs? Hier lees je er alles over.

Ontwikkelingssamenwerking

Traditiegetrouw hebben alle partijen paragrafen over ontwikkelingssamenwerking in hun programma’s opgenomen. Een meerderheid van de partijen vindt dat 0,7 procent van het bruto nationaal inkomen (BNI) naar ontwikkelingssamenwerking moet gaan, zoals internationaal is afgesproken. Diverse partijen vinden daarbij dat een aanzienlijk deel van dit budget via maatschappelijke organisaties moet worden besteed.

“Minstens een derde van het ontwikkelingsbudget wordt besteed via maatschappelijke organisaties, met de nadruk op het versterken van maatschappelijk middenveld in de ontwikkelingslanden”, stelt bijvoorbeeld de ChristenUnie. De christelijke partij wil zich inzetten voor onderwijs en werkgelegenheid met een speciale focus op meisjes en praktijkonderwijs.

Ook D66 steunt de norm van 0,7 procent en tekent daarbij aan dat ontwikkelingshulp niet afhankelijk mag zijn van samenwerking op het gebied van uitgeprocedeerde asielzoekers.

Een meerderheid van de partijen vindt dat 0,7 procent van het BNI naar ontwikkelingssamenwerking moet gaan, zoals internationaal is afgesproken.

Verkiezingsdebat

Het CDA wil de komende vier jaar strijden voor een Europese Afrika-strategie ‘om langjarig bij te dragen aan de ontwikkeling van dit continent’. Dit moet ertoe leiden dat bevolkingstoename in Afrika niet leidt tot nieuwe migratiestromen naar Europa. De partij vindt ontwikkelingssamenwerking naast morele plicht ook ‘in ons welbegrepen eigenbelang’.

Forum voor Democratie (FvD) stelt het Nederlands belang voorop: ‘trade, not aid’, aldus de partij. FvD wil ontwikkelingshulp stopzetten en zich beperken tot noodhulp aan getroffen regio’s. Ook wil de partij subsidies aan non-gouvernementele ontwikkelingshulporganisaties elimineren en moeten er referenda komen over multilaterale handelsverdragen. Ook de PVV vindt dat Nederland moet stoppen met ontwikkelingssamenwerking.

De VVD wil bij een groeiende economie ‘een einde aan de automatische stijging van het ontwikkelingsbudget’. Daarnaast pleiten de liberalen voor ‘een flinke snoeibeurt in het woud van fondsen en potjes’.

GroenLinks vindt dat bij ontwikkelingssamenwerking armoedebestrijding, corruptie, klimaatverandering, het versterken van de overheid, onderwijs en zorg centraal moeten staan.

De Partij voor de Dieren pleit voor een verhoging van het budget. Minimaal 1 procent van het BNI moet naar ontwikkelingssamenwerking. Ook wil de partij een aparte minister van Ontwikkelingssamenwerking. De SP wijst erop dat geld niet aan corrupte regimes gegeven moet worden, maar aan betrouwbare organisaties ter plaatse.

Over het thema ontwikkelingssamenwerking was recent een online verkiezingsdebat. Daarin vertelden vijf partijen dat kennis een cruciale randvoorwaarde is voor hulp en handel. Hier lees je een verslag van dat debat.

Erasmus+

Geef elke student, ongeacht richting of niveau, de mogelijkheid om minimaal één stage of semester in het buitenland te volgen, aldus D66. Dit kan worden gerealiseerd, oppert de partij, ‘door het verbeteren van de toegang tot het Europese uitwisselingsprogramma Erasmus+’. “We enthousiasmeren studenten die daar nu weinig gebruik van maken, zoals mbo’ers.”

Volt pleit voor uitbreiding van het Erasmus+ programma, zodat hbo- en mbo-studenten dezelfde kansen krijgen als wo-studenten. Verder wil deze partij dat een behaald diploma in één van de lidstaten van de Europese Unie ook in de andere lidstaten geldt.

Het CDA houdt in zijn partijprogramma een pleidooi om naast de Europese Erasmus-projecten ieder jaar een landelijke Erasmus week te organiseren, waarin leerlingen van middelbare scholen wisselen om ‘bubbelvorming’ te voorkomen.

Arbeidsmigratie en kennismigratie

D66 ziet migratie als oplossing voor de vergrijzende Nederlandse bevolking. “In de toekomst dragen minder werkende mensen de lasten voor een steeds grotere groep Nederlanders. Dat hoeft geen probleem te zijn: veel mensen uit het buitenland werken graag in Nederland. Daarom willen we het makkelijker maken voor mensen buiten de EU om hier te komen werken.”

Het CDA richt zich daarbij in het bijzonder op buitenlandse studenten. De partij wil die ‘prikkelen om langer hier te blijven’, zodat ze hun talenten kunnen inzetten voor Nederland. Ook de VVD ziet graag dat Nederland aantrekkelijk blijft voor talent en wil daarvoor het economische migratiebeleid aanpassen.

Volgens de PvdA blijft te veel talent in Nederland onbenut: “Veel nieuwkomers zijn echte vakmensen, of hoogopgeleid. Toch erkent Nederland hun diploma niet.” Wat de sociaaldemocraten betreft worden buitenlandse diploma’s sneller door Nederland erkend.

Internationalisering en onderwijs

De PvdA wil ‘fors meer’ investeren in de kwaliteit van het hoger- en wetenschappelijk onderwijs. De partij tekent daarbij aan dat ‘het streven om zoveel mogelijk internationale studenten in de collegebanken te proppen’ ten koste gaat van goed onderwijs.

De VVD stelt zich op het standpunt dat ‘kansrijke internationalisering’ versterkt moet worden en dat daarbij ‘uitwassen’ dienen te worden tegengegaan. “Bijvoorbeeld door het kunnen maximeren van het aantal buitenlandse studenten per opleiding”, opperen de liberalen. Voor het CDA is internationalisering geen doel op zich, ‘maar moet van meerwaarde zijn voor de kwaliteit van het onderwijs en onderzoek’.

Verkiezingen Tweede Kamer: 17 maart 2021

Bij de komende Tweede Kamerverkiezing, op 17 maart 2021, verloopt het verkiezingsproces wat anders dan anders. Dit om het risico op verspreiding van Covid-19 op de verkiezingsdag klein te houden. Er worden maatregelen getroffen om ervoor te zorgen dat het voor kiezers veilig is om te stemmen en het voor stembureauleden veilig is om hun werk te doen in de stemlokalen. Lees op de website van de Kiesraad hoe je kunt stemmen.