Hoe maak je van studenten wereldburgers?

"Hier krijgen alle aspecten van internationalisering een plek."

Fontys Academy for Creative Industries stoomt studenten klaar voor het global citizenship via hotspots in Kaapstad en Seoul.
Geschreven door Sang-Ah Yoo

In de townships van Kaapstad loop je niet zomaar rond. Dagelijks worden bewoners geconfronteerd met geweld. De straten zijn smal, onoverzichtelijk. De riolering is slecht. Hoe maak je dit woongebied leefbaarder en vergroot je de kwaliteit van leven van de bewoners? Over die vraag buigt Fontys Academy for Creative Industries (ACI) zich, samen met studenten uit beide landen en Zuid-Afrikaanse partners.

Kaapstad is een van de drie benoemde hotspots van Fontys; het Zuid-Koreaanse Seoul en Tilburg zijn de andere. "Een hotspot is een ons opgezette leeromgeving waarin alle facetten van internationalisering een plek krijgen’, aldus Christianne Heselmans, coördinator hotspot Kaapstad bij Fontys. Denk aan mobiliteit van studenten en staf, internationalisation at home, en onderzoek en onderwijs."

Dat wordt vormgegeven binnen de living labs die actief zijn in Kaapstad: proeftuinen waarin onderwijsinstellingen samen met bedrijven en publieke organisaties relevant toegepast onderzoek en onderzoeksopdrachten aanbieden. "In deze living labs werken studenten, de lokale bevolking, onderwijsinstellingen, het bedrijfsleven en overheden samen rondom een specifiek thema of een vraag, van waaruit projecten worden opgezet, aldus Heselmans.

Een perfecte match is het, Kaapstad en Fontys ACI. ‘In Kaapstad draait het om social design’, zegt Heselmans. "Het is de eerste UNESCO design capital city van het Afrikaanse continent, en dat gaat goed samen met onze opleidingen." Zo werkte Helen Fitzpatrick [zie onderaan], vierdejaars studente International Lifestyle Studies, mee aan een designopdracht voor de Zuid-Afrikaanse non profit company Craft & Design Institute CDI. Daarbij werd als het ware een wijk op de schop gegooid. Hoe maak je een township overzichtelijker, veiliger voor vrouwen? Hoe zorg je ervoor dat er aandacht is voor de fysieke aanpassing van de omgeving én daarbij rekening te houden met de sociale aspecten daaromheen? Wat is er mogelijk, ook als het gaat om funding en microfinanciering?

Heselmans: "Iedere living lab kent zijn eigen context en vraagstukken, waarbinnen studenten met partners innoveren en oplossingen helpen creëren." Zo staan in Kaapstad drie thema’s centraal: kwaliteit van leven in townships, duurzame mobiliteit en ondernemershap.

"Aanschuiven op een officieel toneel is belangrijk in Korea."

Jungyoon Yang, directeur van het Nuffic Neso kantoor in Seoul organiseert een bijeenkomst met het Zuid-Koreaanse ministerie van Wetenschap en ICT, om de samenwerking ‘naar een hoger plan’ te tillen.

Samsung

In hotspot Seoul draait het om heel andere onderwerpen. "Seoul is dynamisch, en de stad blijft groeien", aldus Jungyoon Yang, directeur van het Nuffic Neso kantoor in de Zuid-Koreaanse hoofdstad. "Innovatie, technologie, gezondheid en startups zijn belangrijke thema’s hier. Daarop sluiten de studies van Fontys ook mooi aan", aldus Yang.

In 2016 ging Monica Veeger, nu coördinator hotspot Seoul bij Fontys ACI, mee met premier Mark Rutte op handelsmissie naar Zuid-Korea, samen met vertegenwoordigers van andere hogescholen. ‘Doel van het bezoek was om samenwerkingsverbanden op te zetten met Koreaanse onderwijs- en onderzoeksinstellingen en met het bedrijfsleven rondom het thema ‘smart ageing’, vertelt Veeger. De eerste living labs werden toen opgezet. "In 2015 hadden we bij Fontys internationalisering op de kaart gezet. We broedden op plannen om een educatieve hub te creëren." Niet zonder resultaat, want zo’n anderhalf jaar later was hotspot Seoul een feit.

Dongguk University, Konkuk University and Sookmyung Women’s University zijn de samenwerkingspartners van de Tilburgse hogeschool. Veeger: "Deze universiteiten hebben behoefte aan nieuw onderwijs, aan het bijbrengen van ondernemerschap bij hun studenten. Onderwijs in Zuid-Korea is vooral gericht op vakken die vanuit de zender worden gegeven. In Nederland kennen we meer challenge based projecten. We willen daarin samenwerken en innoveren. De Koreaanse overheid heeft daarvoor subsidie beschikbaar."

Volgens Veeger kunnen grote Zuid-Koreaanse bedrijven als Samsung de grote stroom afgestudeerden nauwelijks meer opnemen. "Ik denk dat elke jonge Koreaan bij een groot innovatief bedrijf wil werken. Een start-up opzetten staat er nog in kinderschoenen. Dat heeft misschien ook te maken met status, die je wél hebt als je bij een bekende onderneming als Samsung werkt, maar niet als je zelf een klein bedrijf opricht."

Curriculum

Inmiddels deden zo'n 40 derde- en vierdejaars Fontys-studenten in Seoul een onderzoeksproject, of volgden vakken bij een van de partneruniversiteiten. Binnen Kaapstad gaat het om ongeveer hetzelfde aantal studenten. Omgekeerd verwelkomt Fontys ACI jaarlijks zo’n 15 (uitwisseling)studenten uit Korea. Vanuit Zuid-Afrika komen circa 10 studenten naar Nederland.

Veeger: "We merken aan de aanmeldingen dat het benoemen van een hotspot echt werkt. We krijgen de uni’s in Zuid-Korea mee, studenten en professoren zijn enthousiast over het opzetten van living labs. Ze tonen een enorme wil om hun onderwijs te verbeteren."

"Een hotspot helpt jongeren klaarmaken voor het global citizenship en hun employability te verhogen."

Monica Veeger (l.) en Christianne Heselmans coördineren de hotpsots in Seoul en Kaapstad.

Hoe zet je zelf zo'n hotpspot op?

Tijdens het Nuffic Congres op 10 oktober geven Monica en Christianne de workshop 'Hoe word je een wereldburger?' Ze nemen je dan mee in het waarom en hoe van de hotspots. Daarnaast wordt per hotspot een casus uitgewerkt. Doel van de presentatie is om inzicht te krijgen in de verschillende aspecten, mogelijkheden en beperkingen voor het opbouwen van een hotspot binnen het internationaliseringsbeleid van je instelling.

Samenwerking

Om de samenwerking met Zuid-Koreaanse instanties ‘naar een hoger plan’ te tillen, organiseert Yang van het Nuffic Neso kantoor dit jaar een bijeenkomst met het Zuid-Koreaanse ministerie van Wetenschap en ICT. Yang: ‘Aanschuiven op een officieel toneel is belangrijk in Korea.' Ook zoekt zij mee naar academische partners en partners uit het bedrijfsleven.

Zo’n 5 keer per jaar komen medewerkers van Fontys ACI en het Nuffic Neso kantoor samen om te kijken naar toekomstplannen, uitdagingen. Veeger: "De jeugd in Korea spreekt bijvoorbeeld goed Engels. Ouderen niet. Dat is lastig qua communicatie. Ook beamen mensen vaak wat ik zeg, maar het is toch goed om te blijven verifiëren of je elkaar echt goed hebt begrepen en op één lijn zit."

Yang is te spreken over de hotspots. "Nederlanders hebben een pioniersgeest. Het team van Fontys eveneens. Hun hotspot is een nieuwe manier om samenwerking binnen internationaal onderwijs vorm te geven. Fontys doet dat met passie, is niet bang om nieuwe dingen te proberen. Dat is de key factor waarom de school succesvol is", meent Yang.

Heselmans: "Een hotspot helpt jongeren klaarmaken voor het global citizenship en hun employability te verhogen. Studenten leveren via onderzoeksprojecten een bijdrage aan een meer duurzame, toekomstbestendige maatschappij.' Volgens de coördinator is het cruciaal dat een hotspot goed is ingebed in het curriculum. ‘Het zit hem in de infrastructuur, hoe je internationalisering en de daaraan hangende vraagstukken structuur geeft. Hoe je een meer betrokken wereldburger wordt, zit echt verankerd in ons onderwijsprogramma. Dat is het allerbelangrijkst."

"Tijdens mijn verblijf in Kaapstad leerde ik wat interculturele communicatie in de praktijk inhoudt. Om 3 uur afspreken wil niet zeggen dat mensen er om 3 uur ook zijn. Ik ben geduldig en creatief geworden."

Helen in Kaapstad

Helen Fitzpatrick, vierdejaars studente International Lifestyle Studies over haar ervaringen in Kaapstad: "Ik zeg wel eens dat mijn verblijf in Kaapstad de beste en slechtste ervaring uit mijn leven is geweest. Mijn afstudeerproject richtte zich op de veiligheid van vrouwen in de townships. Elke dag zijn ze bang om op straat overvallen te worden, geïntimideerd, verkracht. Ik sprak zo'n 20 vrouwen over zaken waar ze tegenaanlopen. Pittig. Na elk gesprek moest ik mijn gedachten verzetten."

"Armoede ziet er in Nederland anders uit. Tuurlijk zijn hier voedselbanken en kledingverzamelingspunten, maar een krottenwijk? Dat kennen we niet. Wat dat betreft heb ik geluk gehad dat ik in Nederland ben geboren. Ik kan me niet voorstellen hoe het is om dag in dag uit in extreme onveiligheid te leven."

"Ik heb een project helpen neerzetten waarbij mensen weer hoop kregen. Dat is fijn. Tijdens mijn verblijf leerde ik wat interculturele communicatie in de praktijk inhoudt. Om 3 uur afspreken wil niet zeggen dat mensen er om 3 uur ook zijn. Ik ben geduldig en creatief geworden. Meestal lopen dingen in Zuid-Afrika niet zoals gehoopt, maar via een omweg kom je er dan ook."

"Tof dat dit allemaal kan binnen de opleiding van Fontys ACI. Bij mijn studie leer je over maatschappelijke trends, conceptontwikkeling en kwaliteit van leven verbeteren. Dit project is heel concreet gekoppeld daaraan. Het maakt internationalisering bij ons op school meer dan de moeite waard. Sterker nog: zonder de hotspots van ACI en de banden die zijn opgebouwd in Kaapstad met partnerorganisaties was mijn afstudeerproject nooit mogelijk geweest."

"Koreaanse studenten werken 'ieder voor zich', terwijl we in Nederland makkelijk samenvattingen met elkaar delen. Ik leer meer op mijn doel afgaan. Ik spreek de taal niet goed, dus in de metro stap ik gewoon op mensen af om met handen en voeten duidelijk te maken waar ik heen wil, en of ze kunnen helpen."

Emma in Seoul

Emma Rasing is derdejaars Communicatie International Event, Music & Entertainment. Momenteel volgt ze een minor aan de Dongkuk University in Seoul.

"In het begin ervaarde ik een cultuurshock. Seoul is compleet anders dan Bemmel, het dorp waar ik ben opgegroeid. In Seoul wonen 22 miljoen mensen, je bent hier nooit alleen. Er lopen vrijwel alleen Koreaanse mensen op straat. De Nederlandse samenleving is meer gemixt."

"Het studentenleven is behoorlijk competitief in Zuid-Korea. Dat levert stress op bij Koreaanse medestudenten. Op de uni lopen zo'n 150 internationale studenten rond, onder meer uit de Verenigde Staten en Spanje. Vanwege alle verschillende achtergronden leer je om alles in een breder perspectief te plaatsen: dat wat normaal is in Nederland hoeft elders niet zo te zijn. Zo vinden studenten het gek als ik met de fiets naar de universiteit kom."

"Koreaanse studenten werken 'ieder voor zich', terwijl we in Nederland makkelijk samenvattingen met elkaar delen. Ik leer meer op mijn doel afgaan. Ik spreek de taal niet goed, dus in de metro stap ik gewoon op mensen af om met handen en voeten duidelijk te maken waar ik heen wil, en of ze kunnen helpen. In juni ga ik terug naar Nederland, maar ik denk erover om mijn master in Seoul te halen. Het leven gaat hier 24/7 door. Dat is vet."

Nog meer nieuws over internationalisering in onderwijs? Schrijf je in voor onze nieuwsbrief en blijf altijd op de hoogte.